Bob vloog vanochtendvroeg naar Parijs.
Voor een vergadering op vliegveld CdG.
We spraken af dat ik hem daar rond 17.00 zou oppikken.
Daarna samen richting Riviere.
Sinds vorige week is onze veestapel uitgebreid met Rode Roelfje.
Rode Roelfje is een kleuter.
Hij lijkt wel een uit de kluiten gewassen kranige kater, maar hij is nog maar een dreumes.
Een beetje een dommige dreumis eigenlijk wel.
Dommig, maar heeeel lief.
Rode Roelfje is een vrijkous.
Een knuffelkont.
Otis vind Rode Roelfje niet cool.
Otis verschuilt zich onder stoelen of banken.
Als Roelfje dan argeloos langswandelt, krijgt ie een lel.
Om z'n kop.
Pets!
Heel zielig.
Toch blijft Roelfje het proberen.
Vriendjes worden.
Vanochtend leek het er even op.
Drinkebroers.
Maar de vrede is nog te fragiel om te onderwerpen aan een gezamelijke autorit naar Riviere.
Dus passen Otis en de Freule op de Bejaardenflat.
En mocht Roelfje mee op reis.
In eerste instantie was Roelfje not amused.
Hij krijste.
'Stop! ik wil d'r uit!'
Hij sloopte mijn barricades die hem achter het hondennet moesten houden.
En ging naast me op de voorstoel zitten.
Dat vond meneer beter.
Ik niet.
Dus bij de eerste de beste parkeerplaats werd hij weer in de kattebak gezet.
Achter het hondennet.
Handig zo'n veewagen.
Roelfjes resistance was gebroken.
Hij viel in slaap en gaf geen kik meer.
Samen reden we gezellig naar Parijs.
Bob stond al te wachten bij de vergaderlocatie.
In zijn Biznizpak.
Het BobdeBouwerpak ligt klaar op de achterbank.
Met z'n drietjes rijden we nu op de A77.
Roelfje ligt nog steeds te ronken.
Morgen mag hij kennismaken met la France profonde.
Lekker muizen vangen enzo.
Wie weet bevalt het hem zo goed dat ie niet meer mee terug wil.
Naar die Neurotische mepper@Zeist.